1. e4 e5 2. Pc3 Le7 3. d4 exd4 4. Dxd4 Pa6 5. Dxg7

Wit pakt een pionnentje, en er dreigt nog meer. Zie je het?

5... Lf6!

Maar dit is een goede verdediging. De dame kan de toren maar beter niet pakken. Waarom niet?

6. Dg3 Lxc3+ 7. bxc3 Pf6 8. e5

Een aanval op het paard.

8... Tg8!

Je hoeft niet altijd meteen weg als je wordt aangevallen. Zwart valt óók iets aan, iets van de hoogste waarde.

9. Lg5 Pe4! 10. Lxd8 Pxg3 11. hxg3 Kxd8 12. Txh7

Er zijn in korte tijd veel stukken geslagen. Je hebt ook schaakpartijen waarin er dertig zetten lang bijna niets gebeurt.

12... Te8! 13. Lc4 Txe5+! 14. Kd2 Te4?

Een stuk aanvallen dat toch iets gaat slaan, heeft weinig nut.

15. Lxf7

Kijk, daar gaat de pion. Zwart vervolgt:

15... Ta4 16. Te1

Wit heeft bepaalde plannen. Zie je het gevaar?

16... c6!

Merel doet iets aan de matdreiging.

17. Te8+ Kc7

De koning vlucht het gaatje in, dat Merel op de vorige zet heeft gemaakt.

18. Pf3 Kb8

Hier vroeg ik aan Merel waarom zij deze zet speelde. Ze zei: "Gewoon."

19. Thh8

Een tweevoudige aanval op de loper (met twee torens. Maar zwart vond een goede verdediging:

19... Kc7!

Terug maar weer. De koning en de zwarte toren samen dekken de zwarte loper. Tegenover de tweevoudige aanval met de twee torens staat dus een tweevoudige verdediging. Wit kan niets winnen voorlopig. Remise was de uitslag van deze partij.

1/2-1/2